Het zou legendarisch worden, mijn eerste feestje na corona. Iets waar ik later over zou vertellen aan mijn kinderen. Die eerste maanden toen we niet konden uitgaan, keek ik er nog vol verlangen naar uit. Eindelijk weer helemaal losgaan na een lange lockdown. Een explosie van euforie. Een verlossing van maandenlange opgestapelde frustratie. Maar nu zijn we twee jaar later, en dat legendarisch moment is er nooit gekomen.
Ik geef bijna vol schaamte toe dat ik nog altijd geen feestje heb bijgewoond. Sterker nog, ik ben het eigenlijk ook niet van plan. De gedachte dat ik een hele nacht in een muffe zaal vol zwetende jongeren en een plakkerige vloer moet doorbrengen klinkt niet meer zo aantrekkelijk als vroeger. Ik kruip liever vroeg in mijn bed dan ooit nog met hoofdpijn wakker te worden op zaterdagochtend. Toch voel ik me onwennig bij de gedachte dat ik liever een avondje doorbreng in de sofa dan tot de vroege uurtjes te staan dansen. Waarom dan? Ben ik saai geworden? Mijn 18- jarige zelf zou vol afkeer naar mij kijken. Vroeger zou ik op vrijdagavond geen nee zeggen tegen een goed feestje, maar tegenwoordig kan niets of niemand mij nog overtuigen om na middernacht nog wakker te blijven. Is dit het dan? Ben ik écht die persoon geworden?
Mijn laatste maanden als student kijk ik uit naar het moment dat ik begin te werken. Alsof ik die laatste zorgeloze maanden bijna wil doorspoelen om aan mijn eerste 9-to-5 te beginnen. Ik geloof het bijna zelf niet. Hoewel ik vastberaden ben over wat ik wil, en zeker over wat ik niet wil, voel ik me toch verdrietig bij de gedachte dat het uitgaansleven me niet meer kan bekoren. Is dit een vaarwel aan de losbol die ik vroeger was? Misschien is het niet het uitgaan zelf waar ik zo naar uitkeek, maar de opwinding die erbij kwam kijken. Het is bijna jammer dat ik die spanning niet langer voel. Ik kijk nostalgisch terug naar de tijden waar corona zo’n abrupt einde aan heeft gemaakt. Maar de gedachte dat ik nog zelden een vreselijke kater zal ondergaan, biedt troost.
Het voelt bijna als een anticlimax. Iets waar ik vroeger zoveel plezier aan beleefde, waar ik maandenlang op heb moeten wachten. En toen het moment was aangebroken, wou ik het niet meer. Misschien moet ik het nog één kans geven, als een soort afscheid van mijn studententijd, van een zorgeloos bestaan. Dat ben ik mijn 18-jarige zelf nog verschuldigd.
Geschreven door Elisabeth Paslikyan