Tijd om aan de slag te gaan voor het nieuwe Poolis magazine. De Brusseleditie was interessant om te maken, dus de redactie raakte makkelijk enthousiast voor de volgende stad: Gent. Kenner van de Oost-Vlaamse hoofdstad Justine Demeulenaere kreeg een promotie tot medehoofdredactrice- dan wel met hetzelfde loon: niets-, zodat we zeker interessante contrasten konden vinden.
En die vonden we. Gent bruist dan ook van de actualiteit. Na de eerste vergadering had bijna iedereen al een onderwerp. We stonden klaar om de stad weer in te trekken.
Cartoon: Ruben De Groote
Bam! Binnen komt COVID-19 en slaat de deur zo stuk, dat het niet meer buiten te houden is. Dan zit je met zo’n virus opgescheept en begin je maar een gesprek om het te leren kennen en de stilte te verbreken: “en hoe lang denkt u te blijven?”. “Lang genoeg”, krijg je dan als antwoord.
Als toerist weet COVID-19 niet waar te logeren en trekt dus maar heel België in. Terechte bezorgdheid treedt op bij de bevolking en de regering antwoordt daarop met “blijf in uw kot”. Met die kapotte deur raken toch enkelen ziek en ook de actualiteit valt ten prooi aan het virus. Alle nieuwsdiensten draaien non-stop om zeker elke invalshoek te belichten en de bevolking zo van alles op de hoogte te brengen.
België is klaar voor het virus, onze redactie iets minder want daar gaan onze oorspronkelijke ideeën. Musea, winkels en culturele centra sluiten, pendelaars zijn tijdelijk een uitstervend ras en met een laatste ‘prosit corona’ op de lockdownfeestjes verdwijnen alle studenten. Journalisten werken onafgebroken, maar onze redactie mag niet meer buiten. Wim De Vilder ziet al twee weken zijn bed niet, ik zit al twee weken op het mijne te kijken.
Brainstormen mag niet ter plaatse en toch moeten we met nieuwe onderwerpen komen. Een Messengergroep biedt antwoord en een beurtrol vermijdt complete chaos, maar evident is anders. Het werd de langste vergadering in de korte geschiedenis van het magazine. Niet dat het uitmaakte, want waar zouden we naartoe gaan.
COVID-19 treedt ongevraagd de virtuele vergaderruimte binnen (want er is geen deur meer die het tegenhoudt): “niet dat ik een narcist ben, maar schrijf toch maar over mij”, en vertrekt voor ik met “ja, maar kunnen wij nog iets nieuws vinden over u?” kan antwoorden.
Dus ook onze artikelen raken besmet met het coronavirus. De redactie moet van achter het bureau werken: mailen, bellen en een beroep doen op het eigen netwerk. Zo staan we in contrast met het concept waarrond Poolis is opgebouwd, want we blijven de stad juist uit. Met alle problemen die daarbij optreden: “ik krijg geen antwoord van X; Y heeft het te druk voor mij; Z is een dood spoor, wat nu?”
Toegegeven, de toestand is een leerschool die we onder normale omstandigheden niet zouden krijgen. Journalisten zijn nu eenmaal afhankelijk van de actualiteit en de situatie dwingt ons daarmee om te gaan. Toch lukte het ons trouw te blijven aan het concept achter Poolis, met dan het overkoepelende contrast Gent voor en tijdens de coronacrisis. Reportages en verslagen op het niveau van de vorige editie gaan niet, maar met de Genteditie hopen we toch de juiste alternatieven te hebben gebruikt, hopen we op een spoedig herstel van België en een snelle reparatie van de actualiteitsdeur, zodat we eindelijk weer over iets anders en in normale omstandigheden kunnen berichten.
Ruben De Groote, hoofdredactie